Lucht/water-warmtepompen

Wij installeren de monoblock lucht/water-warmtepompen van Nefit en Viessmann.

Voor het verwarmen van je woning gebruiken luchtwarmtepompen een letterlijk onuitputtelijke bron: de buitenlucht. Het aanleggen van een zogenaamde grondbron is voor deze warmtepompen dus niet nodig. Bovendien is buitenlucht gratis. Er is elektriciteit nodig om de pomp zelf te laten draaien, maar voor elke kilowatt stroom levert de warmtepomp ongeveer 4 kilowatt warmte.

All-electric
Met de volledig elektrische (all-electric) variant kan je gasverbruik terug naar nul. Een volledig elektrische
luchtwarmtepomp levert optimaal rendement met vloerverwarming, ventilatorconvectoren of speciale radiatoren. Dit soort lagetemperatuursystemen worden in moderne woningen vaak toegepast. Een ander voordeel is dat je de warmtepomp op warme zomerdagen kan zorgen voor topkoeling, zodat je het hele jaar door een aangenaam binnenklimaat hebt.


Hybride
Heeft jouw woning geen vloerverwarming, maar ‘gewone’ radiatoren, dan is een hybride warmtepomp meestal de beste oplossing. Deze wordt aangesloten op een cv-ketel, nieuw of bestaand. De cv-ketel zorgt dan voor het warme water. Verder komt de cv-ketel alleen in actie om de warmtepomp te ondersteunen tijdens zeer koude dagen. Zo’n hybride systeem kiest op basis van de ingevoerde energieprijzen continu de meest kostenefficiënte manier van verwarmen. Zo kan 70% gas of meer worden bespaard.

In bovenstaand schema wordt weergegeven hoe de warmtepomp werkt. Het gesloten systeem is gevuld met een koudemiddel. Dit is een vloeistof met een laag verdampingspunt die dient als transportmiddel voor de warmte. Het koudemiddel stroomt door de verdamper (1) waar het door de warmte uit de aangezogen buitenlucht tot gas verdampt. Vervolgens wordt in de compressor (2) de druk opgevoerd.
Door dit proces stijgt de temperatuur van het gas. Het gas condenseert (3) en geeft daarbij zijn warmte af aan het water in de cv-installatie (4). Het weer vloeibaar geworden koudemiddel stroomt via het expansieventiel (5) terug naar de verdamper, waarna de cyclus opnieuw start.